zondag 18 oktober 2009

Het Joodse jaar

De Sjofar klinkt, ‘t is Rosj Hasjana,
De oproep tot inkeer, klinkt 10 dagen na.
Dan volgt Jom Kippoer de heiligste dag,
We vasten tot het einde, dan is het al nacht.

Vijf dagen later, Soekot breekt aan.
Door het Soeka- dak zien we de sterren staan.
De Palmtak met Etrog voor de ommegang.
Oogstfeest vol vreugde acht dagen lang.

Na het Slotfeest op de achtste dag,
Volgt de vreugde van de wet, het mag.
Simchat Tora, vreugdedansen in Sjoel,
Om de Bima met de Wet als doel.

Chanoeka herinnert aan de Tempel,
Die eens opnieuw werd ingewijd.
Het is een feest wanneer de Menora
Opnieuw weer zijn licht verspreidt.

Toe Bisjwat, het feest van de bomen
Zo belangrijk in een land van zon.
Jong en oud planten dan bomen,
Zoals dat ook in ‘t verleden al kon.

Purim, ach je weet wel met die boze Haman,
Die het volk vermoorden wou.
Het was Mordechai en de schone Esther
Die het lot keerden en Haman hangen zou.

Pesach, met de ongezuurde broden,
Herinnert aan de slavernij.in Gosen.
De plagen en de Farao ten spijt,
Het volk is van haar juk bevrijd.

Jom Hasjoa, Zachor, gedenken,
Treinen, Auschwitz, Holocaust.
De mens zal nooit vergeten,
Wie hen eens vernietigen wou.

Jom Ha’atsmoet, na bijna 20 eeuwen
Israël herrees en viert nu feest.
De wereldvrede wil nog niet klaren,
Erets Jisraël lijdt soms nog het meest.

Lag Baomer, een dag midden in de vasten
Even een pauze, want de Omer is erg lang
Velen gaan juist op deze dag trouwen,
Daarom ook, is er wat bijzonders aan.
Sjawoeot, De Tora is aan het volk gegeven.
De tien Godsspraken voor de mens.
Toen nog op twee stenen geschreven.
Een oogstfeest, zoals men elders niet kent.

Tisja Beav, de treurdag om Jeruzalem.
De tempel eens door vijanden verwoest.
Massaal heft men de klaagzangen aan.
Jeruzalem, Jeruzalem, blijf eeuwig bestaan.

Israel, een land met zijn rijke historie,
Vanwaar ze soms werden weggevoerd,
Egypte, Babel en het rijke Rome,
Maar steeds terug verlangend en ontroerd.

Tammo Tamir Bakker
Geschreven Gedachten Deel 3